Na meer dan een jaar te hebben uitgekeken naar deze trip, stapten we op dinsdag 28 januari dan eindelijk op het vliegtuig richting Argentinië. De eerste stop was 14 uur later in Buenos Aires. Ach, 14 uur valt best mee. Filmpje kijken, nog een filmpje kijken, muziek luisteren, oké vooruit.. nog een filmpje dan. De tijd vliegt voorbij! Normaal gesproken dan, want toen we in het vliegtuig stapten zagen we op ieder scherm een foutmelding staan. Dat zal nog wel hersteld worden voordat we vertrekken. Toch? Helaas.. Er werd al snel omgeroepen dat het entertainment system niet functioneerde en dat we helaas geen films konden kijken gedurende de reis. De spelletjes werkten daarentegen dan weer wel. Ik heb nog nooit zoveel mensen Angry Birds en Sudoku zien spelen.

In Buenos Aires konden we nog even ‘genieten’ van de hitte voordat we door vlogen naar de kou. Het was rond de 30 graden met een ontzettend hoge luchtvochtigheid. Zweten geblazen dus. Op het vliegveld toch maar een plekje met airco opgezocht en daar gewacht op Catherine. Catherine was een mede-reiziger die toevallig in hetzelfde vliegtuig als ons zat, van Buenos Aires naar Ushuaia. Dat wisten we omdat Bark Europa van tevoren een forum had aangemaakt. Op deze manier konden we alvast kennismaken met de andere reizigers. Omdat het toch makkelijker kletsen is via Whatsapp, hadden we al snel een Whatsapp-groep aangemaakt en op het forum de link gedeeld waarmee je wordt toegevoegd aan de groep. Binnen een mum van tijd zaten we al met vijftien man (en vrouw) in de groep. Erg gezellig! En handig, aangezien we op deze manier wat paklijst-tips konden uitwisselen. Wij lieten in de groep weten dat we op woensdag 29 januari in de stad arriveerden, waarna Catherine liet weten dat zij op dezelfde tijd arriveerde. Ze had blijkbaar dezelfde overstap in Buenos Aires, dus we hadden afgesproken om elkaar op te zoeken.
We zagen op een gegeven moment een oudere dame in een Bark Europa-vest langs ons lopen. Ze liep langs de tafeltjes en vroeg iets aan de stellen die er zaten, waarna zij hun hoofden schudden. Ik denk dat ze ons wat ouder ingeschat had, want de stellen die ze aansprak waren allemaal een stuk ouder 😉 . Ze was verbaasd toen ze haar naam vanuit onze hoek hoorde komen haha.
Ze stelde zich voor als Catherine, een 72-jarige Britse dame die al drie keer(!) met de Bark Europa is mee geweest. Ze heeft zelfs een keer de zeilreis der zeilreizen gedaan; de ‘Kaap tot Kaap’-reis van zeven weken. Een ervaren zeiler dus! We vroegen haar meteen het hemd van het lijf (figuurlijk uiteraard, laten we rustig beginnen 😉 ). Is er wel warm water, hoe zien de slaapcabines eruit, hoe werken de watches, wat doet zij tegen zeeziekte?
Na vijf uur in Buenos Aires vertoefd te hebben, stapten we het vliegtuig in naar Ushuaia. Omdat Catherine haar Bark Europa-vest aan had werd ze in het vliegtuig meteen aangesproken door een blonde Deense jongedame. Zij zou ons vergezellen deze reis als deckhand (in het Nederlands: ‘matroos’). Ze vertelde dat achter in het vliegtuig nog twee crew members zaten; Torbjørn (maar iedereen noemt hem Toby), die mee ging als gids en Amelke, de barvrouw (iemand die we te vriend moeten houden dus 😛 ). Toen we Amelke vertelden dat we nog nooit in ons leven gezeild hadden reageerde ze verbaasd: “Nog nooit?! O, jeetje..”. Hahah, oei. Toch hopen dat we niet de enige noobies zijn aan boord.
Na een reis van 24 uur kwamen we aan in Ushuaia, de zuidelijkste stad ter wereld en het (zichzelf uitgeroepen) ‘einde van de wereld’ (Fin del Mundo). Het is de enige stad in Argentinië gelegen tussen een bergketen en de zee en dat ziet er erg indrukwekkend uit. Vooral als je de donkere bewolking om de bergketen ziet hangen. Het genieten was van korte duur, binnen een paar minuten kwam het met bakken uit de hemel. Hier waren we al voor gewaarschuwd: het regent erg vaak in Ushuaia. Goed excuus om na het inchecken in ons hostel niet meer naar buiten te gaan, een pizzaatje te bestellen, serietje te kijken en op tijd naar bed te gaan. De volgende ochtend was het hike-tijd!
Dag 1: Martial Glacier
De volgende ochtend stapten we de taxi in die ons over een slingerweg, gevuld met gaten in het asfalt, omhoog reed naar de voet van de gletsjer en het beginpunt van onze wandeltocht. Het is de enige hike die net iets buiten het centrum gelegen is, voor de andere wandeltochten moet je wat verder, naar natuurpark ‘Tierra del Fuego’.
Wanneer je hier in de winter heen gaat kan je met de stoeltjeslift omhoog, in de zomer werkt deze helaas niet en moet je je dus voorbereiden op een stevige wandeling. We hadden onze wandelbroeken aan, de wandelstokken waren mee, onze pas aangeschafte donsjassen zaten in de tas. Een ANWB-stelletje is er niets bij. Kom maar op met die gletsjer!
Het begin van de hike, een breed gravelpad wat in de winter een skihelling is, is niet zo interessant en redelijk druk. Toen we een kleiner weggetje naar rechts het bos in zagen gaan, liepen we daar snel in. Dat was een goede keuze. In plaats van over het drukke gravelpad loop je door het bos omhoog, met naast je een kabbelend riviertje. Weinig mensen weten van dit bospaadje af, want we liepen voornamelijk met z’n tweeën.

Na een paar kilometer wandelen kwamen we uit bij het platform vanwaar de stoeltjesliften vertrekken. Vanaf hier heb je een prachtig uitzicht op Ushuaia en het Beaglekanaal. Terwijl we onze weg vervolgden vroeg Roger ineens: “Hoe ziet Josef er eigenlijk uit?” Josef is een Zwitserse man van eind 30 die samen met zijn zus, Andrea, de reis naar Antarctica maakt. Hij is een van de mensen die we al ‘kenden’ via de Whatsapp-groep. “Uhm, ongeveer net ‘zoveel’ haar als dat jij hebt, donker haar, hoezo?” En op dat moment liep iemand voorbij ons die verdacht veel op Josef leek, samen met een jonge vrouw naast ‘m. We zeiden elkaar gedag waarna ik tegen Roger zei: “Volgens mij zijn dat ze hoor!” Toen we ons met z’n vieren omdraaiden en elkaar aanstaarden wisten we het zeker. We liepen terug, stelden ons voor en hebben een tijdje gekletst. Ze kwamen erg spontaan over, net zo enthousiast als dat wij zijn en het zijn nog leeftijdsgenoten ook. Dit komt wel goed dus 😉 .
We klommen weer verder en hoe hoger we kwamen, hoe winderiger en kouder het werd. Begonnen we de hike zonder jas en met onze vesten omgeknoopt, ondertussen hadden we onze vesten, donsjassen en mutsen aan en was het nog steeds redelijk fris.
Na drie uur eindigde de trail, op 1050 meter hoogte, bij een gletsjer(tje). De gletsjer zelf stelde niet zoveel voor, maar ook vanaf hier was het uitzicht weer prachtig. We konden zelfs de Europa zien die aangemeerd lag tussen de grote cruiseschepen! De terugweg ging een stuk sneller en na een uurtje stonden we weer op de taxi parkeerplaats.
Voor het eten liepen we een rondje door Ushuaia. Het is bizar hoe druk en vol het overal is. Ieder café barst uit z’n voegen en de restaurants zitten ook propvol. Ook niet zo heel gek als je je bedenkt dat er vijf extreem grote cruiseschepen aangemeerd liggen. Een van de schepen was de MSC Magnifica waar 3605 passagiers op kunnen. Het schip heeft vijf restaurants, 12 bars, meerdere zwembaden, bubbelbaden, tennisbaan, bowlingbaan, een fitnessruimte en nog veel meer. NIET normaal! Wij moeten er niet aan denken om op zo’n schip te varen, maar indrukwekkend is het wel. Deze passagiers lopen nu dus allemaal in Ushuaia rond en dat dus keer vijf, tsja.. dat tikt wel aan.

Op aanraden van vriend José, die een maand eerder in Ushuaia was, gingen we eten bij El Viejo Marino. De visindustrie in Ushuaia draait voornamelijk om de zogeheten King Crab (‘centolla‘). Een grote krab die wel 19 centimeter groot kan worden (poten niet meegerekend) en ontzettend lekker schijnt te zijn. Erg veel restaurants (zo niet alle) serveren gerechten met King Crab, maar bij dit restaurant is de prijs/kwaliteit zo goed dat er iedere dag rijen mensen voor de ingang staan. Je kunt niet reserveren, dus first come, first serve. Wij kwamen rond half 10 aan en ja hoor, er stond nog steeds een rij mensen buiten en dat terwijl het restaurant om half 11 sluit. Gelukkig kwam er redelijk snel een tafel voor twee vrij en waren de mensen voor ons met meer dan twee mensen, dus hoefden we niet al te lang te wachten. Nadeel: de krab was op. Het aquarium aan de voorkant zit normaal vol met die grote beesten, maar was nu helemaal leeg. Nou ja, dan maar iets minder verse krab. Roger had het enige vegetarische gerecht op de kaart, ik had garnalen met king crab saus. Lekker, maar niet geweldig. Je moet hier echt heen gaan voor de king crab en als die op is.. Tsja.

Dag 2: Tren del Fin del Mundo & Tierra del Fuego
De trein naar het einde van de wereld (Tren del Fin del Mundo) is een van de toeristische trekpleisters in Ushuaia. Van tevoren hadden we in de Whatsapp-groep gevraagd of er mensen zin hadden om mee te gaan. Hier reageerden vijf mensen op: Jolanda, die we al tijdens Sail in Scheveningen hadden ontmoet, Brend – een man uit België, Eugene – Amerikaan en met zijn 74 jaar de oudste passagier aan boord van de Europa, Kerry – een Australische vrouw en Marius – een Duitse man.
Met zijn zevenen hadden we afgesproken op het End of the World-station, dat een aantal kilometer buiten het centrum van Ushuaia ligt. Op het station was het een drukte van jewelste, maar we hadden de rest van de groep gelukkig snel gevonden. Het scheelde dat we Jolanda al een keer gezien hadden, anders hadden we waarschijnlijk wat langer moeten zoeken in de mensenmenigte. Nadat we kennisgemaakt hadden liepen we het perron op. Voor de trein stond er een heuse convict – gevangene – in geel/zwart gestreept pak waarmee je op de foto kon. Niet iedereen was even enthousiast, maar na wat overredingskracht is het toch gelukt om met z’n allen op de foto te gaan, haha. Uiteindelijk is het een superleuke foto geworden, dus blij dat we het gedaan hebben 😀 .
Na de foto stapten we de – krappe, maar erg fleurige – trein in welke ook wel de Convict Train (veroordeelden trein) genoemd wordt. De spoorweg werd namelijk in 1909 aangelegd om veroordeelden naar de gevangenis in het westen van Ushuaia te brengen. Toen we allemaal zaten moesten we onze oortjes in doen. We konden uit verschillende talen kiezen en zelfs Nederlands zat erbij! Dat gebeurd niet vaak. Gedurende de zeven kilometer lange rit kregen we wat te horen over de geschiedenis van Ushuaia. Zo werd Ushuaia aan het eind van de 19e eeuw een strafkolonie en werd de stad opgebouwd rond een gevangenis die zware criminelen huisvestte. De Argentijnen volgden daarmee het voorbeeld van andere landen, die gevangenissen op een eiland bouwden (in dit geval: Tierra del Fuego / Vuurland), zodat vluchten zo goed als onmogelijk was.
De eerste gevangenen arriveerden in 1896 en ze werden tewerkgesteld als dwangarbeiders in de houtindustrie rond de stad. In 1902 werd er een bouwprogramma gestart om de huisvesting te verbeteren waarbij ook een spoorlijn werd aangelegd om de aanvoer van het bouwmaterieel te vereenvoudigen en de gevangenen te vervoeren naar het bos, om daar – vaak in barre omstandigheden – het hout te kappen. Deze spoorlijn was toen nog een simpele constructie waarbij ossen werden gebruikt om de wagons te verplaatsen.
Omstreeks 1910 werd de spoorlijn verbeterd en werden stoomlocomotieven aangekocht. De spoorlijn werd diverse malen verlengd om nieuwe bossen te bereiken die voor de houtkap in aanmerking kwamen (de gevangenen hadden ondertussen al bijna alle bomen gekapt). De rit gaat door een prachtig, maar bizar landschap. Door de hoeveelheid aan houtkap is het een verlaten, kaal landschap. Overal steken boomstronken uit de grond en er was zelfs een ‘begraafplaats van bomen’, een gebied vol met omgehakte boomstammen.
Tot de sluiting van de gevangenis in 1947 hielden ongeveer 600 gevangenen de 380 cellen bezet. De gevangenen zijn uiteindelijk de kolonisten die de stad hebben gebouwd. De openbare gebouwen en huizen ontstonden veelal door gevangenisarbeid en de gevangenen voorzagen de stad ook van brandhout, brood en elektrische energie.
Bij het ‘Cascada La Macarena Station’ stopten we en konden we even uit de trein om de benen te strekken. De gevangenen stopten hier vroeger om het water van de stoomlocomotief bij te vullen. Nu is het een plek waar je te midden van honderden andere toeristen de foto kunt kopen die op het eerste station gemaakt is en een route omhoog kunt vervolgen richting een ‘waterval’ (dit stelde echt niets voor). Na een fluitje van de treinmachinist stapten we weer snel de trein in om de weg te vervolgen.
Na een uur stopte de trein weer, ditmaal op het eindstation in het nationaal park. We hadden de keuze om meteen terug te gaan of verder het park in te trekken. We zijn hier nu toch, dus laten we dan maar even het gebied verkennen. Nadat de mannen de kaart hadden gecheckt en een route hadden uitgestippeld gingen we op pad, door de bossen, richting het Beaglekanaal.
Daar aangekomen zagen we een klein gebouwtje dat op houten palen is gebouwd, welke doorlopen in het kanaal. Dit gebouwtje dat vol is bestickerd, is blijkbaar een postkantoor die (erg verrassend) het ‘End of the World Post Office‘ heet. Je kunt er, naast uiteraard het versturen van ansichtkaarten, een speciale ‘Fin del Mundo’ stempel in je paspoort krijgen. Het was bloedverziekend heet binnen en er stond een flinke rij, maar we hebben volgehouden en zijn nu de eigenaren van een mooie pinguïn-stempel in ons paspoort! Het gebouw was van binnen trouwens ook het bewonderen waard; de muren waren bedekt met ansichtkaarten, briefgeld uit allerlei verschillende landen en maritieme decoratie zoals een vleugel van een aalscholver. Toen we dan eindelijk onze stempel lieten zetten vroeg de man achter de kassa of we uit Nederland kwamen. Bij het beamen hiervan schreeuwde de man enthousiast uit: “Aaaah, then you know Maxima!” waarna hij een andere stempel pakte en we er ineens een ‘We love Maxima‘ stempel bij kregen.
Nadat we nog even genoten van het uitzicht over het Beaglekanaal, met aan de overkant Chili, gingen we weer terug de trein in. ‘s Avonds zouden we met 19 man uit eten gaan. Erg spannend, aangezien we veel mensen voor het eerst zouden ontmoeten. Toen we aankwamen zat de lange tafel al redelijk vol. We gingen bij Jolanda en Saskia zitten. Saskia komt uit Engeland, is een mede-dertiger en onlangs verhuisd naar Nieuw-Zeeland. We hadden meteen de grootste lol met z’n vieren. Saskia vroeg zelfs aan Jolanda en mij of we familie van elkaar waren, door de manier waarop we met elkaar omgingen en de zelfde maniertjes die we hebben, haha. Na heerlijk gegeten, gedronken en veel gelachen te hebben gingen we weer terug naar ons hostel. Tot nu toe zijn alle mensen die we gezien en gesproken hebben erg aardig en gezellig, we hebben er dan ook het volste vertrouwen in dat het helemaal goed gaat komen op het schip!

Dag 3: Crossen door de bossen
De dag erna, 1 februari, was D-day, dé dag waarop we eindelijk het schip op gingen. Door de hoeveelheid grote cruiseschepen was er geen plek meer voor de Bark Europa in de haven en lagen ze enkele tientallen meters van de kust voor anker. We moesten bij de jachtpier verzamelen en zouden met de dinghy’s (kleine rubberboten) naar het schip gebracht worden.

Om 16:45 moesten we daar verzamelen, dus we hadden besloten om ervoor nog iets te ondernemen. Kerry had ons aangeraden om de 4×4-tour te doen. Zij had deze ook gedaan en was er erg enthousiast over. Het klonk tof, dus Kerry had voor ons, Marius, Brend en Jolanda een auto geboekt via haar hotel, waar we om half 9 werden opgehaald. Toen we instapten bleek er al een oudere dame voorin te zitten. Ze stelde zich voor als Leticia, 75 jaar oud, geboren en getogen in Argentinië.
We gingen op pad en onderwijl vertelde onze gids, een jonge Argentijnse man met hippe baard, over Ushuaia. Zo vertelde hij dat Ushuaia voornamelijk draait op het toerisme. Door de toenemende belangstelling voor scheepsreizen naar Antarctica is de stad explosief gegroeid. Ieder jaar komen er weer nieuwe en luxere hotels bij om het verblijf in Ushuaia zo aangenaam mogelijk te maken. Dit hadden we ook wel gezien toen we naar Ushuaia liepen; overal wordt geadverteerd met ‘End of the World‘, er zijn ontzettend veel souvenirshops en ook de outdoorwinkels vind je op elke hoek van de straat. Verder zijn ook de vis- en elektronica-industrie erg belangrijk voor de stad. Dit was ook te zien door de hoeveelheid aan fabrieken die er stonden.
Na een half uur rijden stopten we langs de kant van de weg. We stapten uit de auto en volgden de gids omhoog waar hij ons, naast het mooie uitkijkpunt, bomen liet zien waar parasieten op leefden. Als beschermingsmechanisme creëert de boom een soort kleine appel om de parasiet heen, zodat de parasiet de bladeren niet verder op kan eten. Zo fascinerend de natuur!
We reden verder door een prachtig natuurgebied. De gids vertelde dat er in de winter druk gewintersport wordt. Je kunt er zelfs sledehondentochten doen, alhoewel dit over een paar jaar waarschijnlijk niet meer kan omdat de animal rights organisation zich er druk over maakt.. Wij hopen dat dat niet waar is..
Na een tijdje stopten we weer bij een ander uitkijkpunt vanwaar we een prachtig uitzicht hadden op het meer ‘Lago Escondido’ dat omringd werd door bos. Het gekke was dat we een aantal kale stukken zagen in het bos. De gids vertelde dat dit door de bevers veroorzaakt wordt. Deze zijn aanvankelijk om commerciële redenen uit Canada geïmporteerd. Ze wilden namelijk gaan handelen in beverbont. Die handel verliep echter niet volgens plan, de bevers kwamen in een andere leefomgeving terecht en pasten zich hierop aan. Hun huid werd dikker en hun haren korter, waardoor het bont niet meer geschikt was voor de verkoop. Ook het vlees van een bever schijnt niet te eten te zijn. Daarom hebben ze er maar voor gekozen om de dieren los te laten. Top idee! Ware het niet dat ze geen natuurlijke vijanden hebben in Vuurland (er leven geen grote roofdieren) en ze zich dus zonder problemen kunnen vermenigvuldigen. Naar schatting leven er nu zo’n 200.000 bevers op het eiland, die druk bezig zijn om Vuurland kaal te knagen. Een ware plaag dus en niemand weet hoe die bestreden moet worden. Zelfs afschieten is lastig, hun dikke huid vangt de kogels op. Ze sterven pas als je ze recht in het hoofd treft. Oeps…
Net toen we dachten “Dit was toch een off-road tour? Waar blijft die spanning en sensatie nou?” verliet de gids de geasfalteerde weg en sloeg hij een smal bospad in. Well, we got what we asked for.. De auto schudde van links naar rechts, we reden door plassen en modder en de jeep hing soms zo scheef dat hij dreigde om te kiepen. Oudere dame Leticia schreeuwde het uit wanneer de gids aanstalten maakte om precies door die diepe plas heen te gaan: “Noooo, don’t do that, noooo, don’t go left!” Wij vlogen ondertussen op de achterbank constant op elkaars schoot. We hadden dikke pret met z’n allen. Ook hier was trouwens weer de verwoesting van de bevers te zien: overal op de grond lagen dode, omgeknaagde bomen.
Toen het lunchtijd was werden we afgezet bij een idyllisch plekje. Een hutje, middenin de wildernis. Naast het hutje stond een grote barbecue waarop de gids ons eten ging klaarmaken. Wij gingen bij de kampvuurplaats zitten waar een mooi vuurtje brandde. De fles wijn werd opengetrokken en de salade, brood, smeersels en grote stukken vlees (voor Roger uiteraard vegetarisch) werden verorberd. Dit is het leven!
We werden netjes op tijd afgezet bij het hotel waar we ons konden opfrissen alvorens we richting de pier gingen. We hadden geweldige dagen in Ushuaia achter de rug, maar nu gaat de reis toch eigenlijk pas écht beginnen, hier zijn we voor gekomen.. Antarctica, here we come!!

Wil je geen Antarctica-blogpost missen? Abonneer je dan nu op Reisbuddies.nl en ontvang een mail zodra er een nieuwe blog online staat! Ga hiervoor naar www.reisbuddies.nl/abonneren en vul je e-mailadres in.
Leuk geschreven. Het begon wel tijd te worden haha. Maar heb van dit stuk genoten. Op naar Antarctica. Ben benieuwd
Haha nou zeker! Heb het ook zo druk he ;-). Maar dankjewel!
Wat een interessante begin van jullie reis en nog niet op volle zee geweest. Ben benieuwd naar de volgende stuk.
Haha hopelijk volgt die sneller! Ik doe m’n best ;).
Wat heerlijk om jullie verslag weer te lezen.
Dit is schitterend. Bedankt. Kijk uit naar vervolg.
Aw, wat een leuke reactie Jeanne, bedankt!